LDI in de FPR
Drieluik LDI in de WTP: doorbeleggen na pensioendatum
In deel 1 van het LDI-drieluik over de WTP staan we stil bij de Flexibele Premieregeling (FPR) en dan met name bij de uitkeringsfase van die regeling. In deze fase is er sprake van doorbeleggen van het behaalde pensioenvermogen, ook wel bekend als Collectief Variabel Pensioen (CVP). We verwachten dat in de praktijk de meeste pensioenfondsen de variabele pensioenuitkering als standaardoptie zullen kiezen.
Samenvatting
• Binnen de FPR krijgen deelnemers een persoonlijk pensioenkapitaal. Wij verwachten dat bij veel pensioenfondsen de deelnemers zullen kiezen voor doorbeleggen na de pensioendatum. Hierdoor kan het pensioenkapitaal nog verder aangroeien, uiteraard ook met een gepast beleggingsrisico.
• De duratie van de verwachte pensioenuitkeringen ligt in de CVP beduidend lager dan de duratie van een pensioenfonds als geheel. Bovendien verwachten wij in de FPR een grotere allocatie naar de LDI-portefeuille. De beleggingsmix zal naar verwachting namelijk defensiever zijn in de CVP.
• Binnen de CVP werken we met verwachte pensioenuitkeringen die veranderlijker zijn dan de pensioenverplichtingen in het huidige stelsel. Als gevolg daarvan zal het pensioenfonds de renteafdekking van de CVP vaker dienen bij te sturen. Dit vraagt om flexibiliteit in de inrichting.
• We zien een grotere rol weggelegd voor LDI-beleggingsfondsen, waarin kleinere CVP-portefeuilles op een goedkope en efficiënte manier de gewenste renteafdekking kunnen behalen.
Lees meer in de Update Pensioentransitie: LDI in de FPR (pdf).